3D-foodprinters maken volgens het bedrijf tal van opvallende culinaire creaties mogelijk. Ze kunnen ook de productiviteit en de efficiency verhogen bij de bereiding van voedsel, omdat de printer zelfstandig zijn werk doet. Bakkers en koks kunnen zich dan met andere werkzaamheden bezighouden.
FelixPrinters legt zich al vanaf 2011 toe op de ontwikkeling en productie van 3D-printers. Het bedrijf brengt nu een nieuwe serie op de markt met drie typen 3D-foodprinters.
Drie typen
Met de Single Food 3D-Printer, die één printkop heeft, kan de pasta nauwkeurig in elke gewenste vorm en tot een hoogte van maximaal 17 cm. geprint worden.
De Switch Food 3D-Printer heeft twee printkoppen, die gevuld kunnen worden met twee verschillende soorten pasta. De printkoppen kunnen in enkele seconden gewisseld worden.
De Twin Food 3D-Printer heeft ook twee printkoppen, maar die zijn in een vaste positie gemonteerd en printen gelijktijdig, waardoor de printcapaciteit verdubbelt.
Een nieuwe manier van werken
Een product of een gerecht laag voor laag opbouwen biedt ook in de voedingsmiddelenindustrie vele nieuwe mogelijkheden. Normaal gesproken worden lastige en complexe vormen gemaakt met behulp van (bak)vormen of kant-en-klare platte vormen die op elkaar gestapeld worden.
Met 3D-printen is een uitgebreid scala van vormen en structuren mogelijk, waardoor de voedselbereiding er een spectaculaire, nieuwe manier van werken bij krijgt. Door het printen van bijvoorbeeld namen, logo’s en pictogrammen kan een gerecht ook een persoonlijke tintje krijgen.
Behalve een grote creatieve vrijheid biedt 3D-printing goede mogelijkheden om de productiviteit en de efficiency bij de voedselbereiding te verhogen. De foodprinter werkt geheel zelfstandig op basis van het ingevoerde 3D-ontwerp, waarna de bereider zich met andere taken kan bezighouden.
Foodprinting kan daarnaast een bijdrage leveren aan vermindering van de hoeveel voedselafval. Resten van eten of voedingsmiddelen kunnen gemakkelijk verwerkt worden in de pasta’s, die als 3D-printmateriaal gebruikt worden en die op hun beurt met behulp van een 3D foodprinter weer in smakelijke en visueel aantrekkelijke producten worden omgezet.
De keuze van eetbare materialen
Niet alle voedingsmiddelen zijn geschikt voor 3D-printing. Er zijn enkele factoren die een rol spelen bij de keuze van het materiaal: viscositeit, textuur, het spuitstuk van de foodprinter, smaakcombinaties en de samenstelling van het eindproduct.
De viscositeit van het materiaal is de belangrijkste factor. De pasta moet zodanig zacht zijn dat hij gemakkelijk door de printnozzle (het mondstuk van de machine) geduwd kan worden. De pasta mag niet te snel stijf of hard worden, waardoor de nozzle verstopt raakt, maar ze mag ook weer niet te vloeibaar zijn, omdat de structuur dan niet stevig en vormvast genoeg wordt.
Sommige pasta’s - zoals deeg - kunnen in vloeibare vorm geprint worden om ze daarna te laten harden, in te vriezen, te koken of te bakken. De ideale viscositeit ligt tussen de 50 en 1.000 Pascalseconde (Pa.s).
Ook de textuur is van belang. Een zachte en gladde substantie is beter en nauwkeuriger te verwerken dan een puree met grove deeltjes. De doorsnee van de nozzle speelt daarbij uiteraard ook een rol. De combinatie van twee pasta’s met verschillende textuur in één product kan ook een verrassend product opleveren. Bijvoorbeeld bij de simulatie van vlees wordt deze techniek gebruikt om de smaak en textuur realistisch na te bootsen.
Over het algemeen zijn materialen als groente- en fruitpuree, vetten zoals boter, chocolade, advocado, suikerproducten zoals marsepein, soja, zeewier en algen, (pasta)deeg, eiwit en gelatine goed bruikbaar voor 3D foodprinting.